Schiffers – Chigorin,
(St. Petersburg
1897)
Zwart
zag het mat in 5 of 6 over het hoofd
en de partij eindigde in remise.
en de partij eindigde in remise.
Voor de hele partij KLIK HIER
Kijken we naar de materiaalverhouding, dan zien we dat Schiffers goede zaken heeft gedaan: hij staat een Dame tegen een Loper en een pion voor. Kijken we naar zijn stelling, dan constateren we dat die vrij beroerd is, behalve een schaakje met zijn Dame op a8, heeft hij geen stuk waarmee hij iets dreigt. Ook de positie van de witte Koning is verre van rooskleurig. Op de f-lijn wordt hij ingesloten door zijn eigen stukken, de h-lijn ligt open voor Chigorin, alleen Paard g3 kan hem als verdediger ter zijde staan.
Chigorin
mag dan materieel achterstaan, zijn stukken staan uitstekend. Met name zijn
twee Lopers die de diagonalen voor de Koning bestrijken, zijn levensgevaarlijk.
Ook de toegankelijkheid van de h-lijn voor zijn Torens vormt een reële
dreiging. Zou Paard g3 daar niet staan, dan was het mat in één.
De
stelling lijkt sterk op die stellingen waarin je een Toren offert op h1 en
daarna met de andere Toren op h8 verschijnt om vervolgens op h1 mat geven. Maar
dat werkt hier niet vanwege 1. .., Txh1; 2. Pxh1, Th8; 3. Pf3.
Het
probleem van deze maandagavond komt uit een partij die tot de verzameling
“onsterfelijke” behoort. Chigorin offerde hierin op zijn 11de zet
zijn Dame om de h-lijn te openen, nadat Schiffers een zet daarvoor een Paard
had geofferd om een penning op de Dame mogelijk te maken. Chigorin ging daarop,
en passant nog een Paard offerend, in de
aanval en bovenstaande stelling werd bereikt na de 22ste zet van
Schiffers. In de partij ging het als volgt verder:
22. .., b6; 23. Le3, Pf5; 24.
f4, en na 30 zetten
werd er remise overeengekomen. Opmerkelijk en leerzaam vind ik hieraan dat ook
zo’n meester als Chigorin op het beslissende moment een stapje terug doet om
een dreiging te pareren in plaats van door te gaan met dat waarmee hij bezig
was, nl. het verpulveren van Schiffers. Als excuus voor Chigorin kan natuurlijk
worden aangevoerd dat niemand hem in zijn oor fluisterde: ‘Hé meester, opletten
nou want er zit mat in zes in de stelling!’
Terug
nu naar het probleem.
Als
er maar één verdediger is moet die worden uitgeschakeld. Dat kan door hem te
slaan:
22.
.., Lxg3, maar dat is hier geen optie,
want na 23. fxg3 krijgt de Koning een vluchtveld.
Het
kan ook door de verdediger van zijn functie te ontheffen door hem buiten spel
te zetten.
En
omdat de opgave impliceert dat we schaak moeten geven, ligt de eerste zet voor
de hand:
- ..,
Th1+; 2. Pxh1, . Willen
we nu nut van Toren d8 hebben, dan
moet de Koning van Schiffers naar de h-lijn worden gelokt, naar h2 dus.
Staat hij eenmaal daar, dan is er geen weg meer terug en kan hij dankzij
Loper c6 alleen via de zwarte velden voorwaarts, waar hij wordt opgewacht
door Paard e7. (Hé, is dat geen magneetcombinatie? Ja, dat wordt het) 2. .., Lh2+; 3. Kh2, Th8+; 4. Lh6,
Txh6+;
5.
Kg3, Pf5+; 6. Kf4/g4, Th4#.