barend ubbinkweg

barend ubbinkweg

Probleem 6




En de opgave luidde: 
Wit begint en geeft met zijn derde zet mat.

Dat Zwart er niet best voorstaat, is wel duidelijk. Zijn Torens staan niets te doen, zijn Dame verdedigt een rij die niet wordt aangevallen, zijn Loper dekt veld f6.  Wat Wit betreft is het andere koek: na één zet van het Paard zijn alle stukken op de zwarte Koning gericht. Verder valt op dat de Toren op g1 een flink gedeelte van de g-lijn beheerst en kijken we nog even langer, dan zien we dat  de Toren op b5 en de Dame op e2 veld h5 onder vuur hebben.  Zetten als Pg5 en Dxh5+ dringen zich al snel op. De belangrijkste vraag is in welke volgorde ze uitgevoerd moeten worden.  Het helpt bij het vinden van het antwoord als je ziet dat wanneer de g- en de h-lijn zijn schoongeveegd,  Toren of  Dame x h5 mat betekent. Maar ook zonder dit inzicht is de oplossing niet heel ingewikkeld, omdat 1. Pf6+ niet dwingend genoeg is: de zwarte Loper hoeft niet te slaan. Wel dwingend is inslaan met de Dame. Daar gaan we.
1.     Dxh5+, gxh5; (in feite is dit wel winnend maar ook niet dwingend. Zwart
heeft 1. …, Kg8, waarna het mat in 17 is, volgens de analyse van Fritz). Nu is de g-lijn bijna schoon, alleen de Loper staat er nog. 2. Pf6+, Lxf6;  (de Loper is weggelokt en de vijfde rij is vrijgemaakt voor Toren b5) 3. Txh5++.

Onder de goeie oplossers bevond zich ook Paul die inmiddels met 3 punten de leiding heeft genomen. Achter hem volgt een groeiend aantal leden met 1 punt.