Stelling uit de partij King – Bedjanian, Rusland 1962)
Wit begint en geeft met zijn derde zet mat.
In
stellingen als deze draait het bijna altijd om open lijnen en het uitschakelen
(lokken, wegjagen, onderbreken en wat je nog meer hebt) van verdedigers. De
voornaamste verdedigers van Zwart zijn
het Paard op e5 en de Dame op c7. Daarbij valt op dat die Dame het druk
heeft: het Paard dekken en veld d8 verdedigen. De eerste kandidaatzet die zich
dan je opdringt, is 1.Dxe5. Na 1. …, Dxe5 is dan 2. Td8+ mogelijk, waarna de
zwarte Koning naar e7 moet en Toren d8 aanvalt, die nu iets spectaculairs moet
doen, omdat het anders geen mat in drie wordt. Wie zich nu uit de serie
matbeelden de patronen met Toren en Loper herinnert, heeft de sleutel tot de
oplossing in handen. Wie goed in het visualiseren is in stellingen die niet
meer op het bord staan, kan de sleutel omdraaien. Die ziet namelijk dat de
Koning op e7 weinig vluchtvelden meer heeft. De velden d6 en f6 staan onder
controle van Paard e4, d7 en e8 onder controle van Loper b5. Zo blijven alleen
d8 en e6 nog over. Na 3. Te8+ is de Toren gedekt, worden de twee vluchtvelden
bestreken en is het dus mat.
Samenvattend:
1. Dxe5, Dxe5; 2. Td8+, Te7; 3. Te8++
Meestal
kom je die matvoering met Toren en Loper in horizontale richting tegen op de
achterste rij. Dat het ook in verticale richting kan werken, vind ik wel
aardig, al blijft het sneaky een Koning in de rug aan te vallen.
Eric
V, EricL en Joop leverden de goeie oplossing in, zodat het oplosklassement er
nu als volgt uitziet:
- EricL 5
punten
- EricV 3
punten
- Henk en Joop 2 punten
- Albert 1 punt