Zwart staat niet prettig. Zijn Toren staat een pion te verdedigen en de achterste rij te bewaken, Ook de mogelijkheden van de zwarte Dame zijn tot die van verdediger teruggebracht en het Paard staat mat op h8 te voorkomen.
Wit
oefent daarentegen sterke druk langs de h-lijn uit, dat Paard op f5 is een
geweldenaar en de witte Dame kijkt (door
het Paard heen ) naar veld c8.
Dat
mat via de h-lijn er niet in zit, zal vrij snel duidelijk zijn. Dan moet die
Toren van de achterste rij af. 1. Pe7+,
Txh7; 2. Dc8+, Pf8; Tot zover was
het een ieder wel duidelijk. De volgende – en beslissende- zet werd niet door
iedereen gevonden. Kennelijk is daar schaakintelligentie voor nodig (of
ervaring met dit soort stellingen, of het gehaald hebben van het examen voor
stap 3). 3. Dxf8+!!, Kxf8; 4. Th8# . Als je even op je laat inwerken wat er in die
paar zetten gebeurde, dan is dat weer heel fraai. Eerst wordt de Toren
gedwongen de achterste rij te verlaten. Dan blijkt ie ook nog naar een veld
gelokt te zijn waar ie straks zijn Koning in de weg staat. Tot slot wordt de
Koning naar een veld gedwongen van waaruit geen vluchten of verweer meer
mogelijk is. Zo wil ik mijn tegenstanders ook wel oprollen.
Bovenstaande
stelling komt uit een partij tussen Nikonov en
Khardin, Kirov1981 en de finale
verliep zoals ik net heb beschreven.
Enkele clubleden nu vonden dat er ook een andere afloop was mogelijk
geweest en zij hadden gelijk.
Na
1. Pe7+, Txe7; 2. Dc8+ speelden zij
niet 2. …, Pf8, maar 2. …, Te8!! en na
3. Dxe8+, Pf8!;. Nu werkt 4. Dxf8+, Kxf8; 5. Th8+ niet meer omdat
veld e7 voor de zwarte koning is vrijgekomen. Wit heeft dan weliswaar voordelig
geruild, maar of dat voldoende is voor de winst (Toren tegen Paard) is vrij
twijfelachtig.
Als
het clubje dat dit zag in de komende Osbocompetitiewedstrijden dezelfde
vindingrijkheid weet te tonen, hoeven we ons over de prolongatie van ons
verblijf in de tweede klasse geen zorgen te maken.