Dit
eindspel komt uit ‘100 Endgames you must know’ van Jesus de la Villa. Die
titel klinkt pretentieus, maar Jesus maakt het waar: er valt veel van zijn boek
te leren. Neem de positie die hier boven staat. het ligt voor de hand te denken
dat Wit, wil ie het remise houden, met een schaakje moet beginnen. Dan rijst de
vraag: op d3 of op e2?
We proberen 1. Pd3+,
Kd2; en het Paard wordt
weggedreven. Dan kan Wit nog een poging wagen met 2. Pc5+, maar na
2…,
Kc3; 3.Pe4+, Kd3; 4. Pc5+, Kc4; en de pion promoveert.
1.
Pd3+ is dus kennelijk niet de zet en dan moet het 1. Pe2+ zijn. Laat ons zien
hoe dat daarna verder gaat. Dus: 1. Pe2+,
Kd2; 2. Pd4, c1D; 3. Pb3+=.
Of:
1. Pe2+, Kd1; 2. Pc3+, Kd2; 3. Pa2=.
Dit
kan je natuurlijk allemaal berekenen, maar het leven wordt een stuk
gemakkelijker als je de regel kent die in deze positie wordt gedemonstreerd.
Tegen een pion die op één van de vier
centrale lijnen (c,d,e,f) op de 2de of 7de rij staat, is het remise als je het
promotieveld vanaf de zijkant van de pion kunt controleren.
Toegepast
op de positie hierboven: aanvallen vanaf de achterkant : 1Pd3+ verliest,
aanvallen vanaf de zijkant: 1. Pe2+, (en daarna vanaf a2) levert remise op.
Oplosklassement:
1 Henk 7
punten
2 Tony 4 punten
3.
Joop 3
punten
4 en 5
Albert en Robbie 2
punten
6 Joke 1
punt