barend ubbinkweg

barend ubbinkweg

Probleem 12 van 9 januari 2017



Sutovsky – Smirin, 

Tel Aviv, 2002


Wit begint.





Je oog hoeft niet heel geoefend te zijn om te zien dat de stelling van Zwart vrij beroerd is.
Paard h7 kan niet spelen, Paard a5 staat niets te doen, Toren a8 moet nog in het spel worden gebracht. Al heeft hij dan een Paard meer, in feite speelt Smirin met drie stukken minder.  Behalve het snoepen van een of twee pionnetjes, is er weinig voor hem om naar uit te kijken.
Dan zal die Sutovsky meer genieten van de stelling en vooral van de positie van zijn Paard, dat vanuit f5 de zwarte velden voor de Koning beheerst. Zijn grootste probleem lijkt me een keuze te maken uit de diverse winstvoeringen: c3 (om de diagonaal van Dame b2 te onderbreken) wint, Th4 wint. Met deze constatering zou je tevreden kunnen zijn, maar zo niet Sutovsky, want die zag dat er mat in de stelling zit en wel hierom.  
We kijken eerst wat die stukken van Wit staan te doen. De Dame staat klaar om op h7 in te slaan (het forceren van toegang), Torene4 staat klaar om naar de h-lijn te gaan, de Toren op f1 beheerst de  f-lijn en dekt Paard f5 en Paard f5 ontneemt de Koning het vluchtveld g7.
Dit alles geeft aanknopingspunten. Het is duidelijk dat na 1. D:h7+, K:h7; 2. Th4+,  de Koning alleen naar g6 kan. En na Th6+, dat het vluchtveld f6 afsluit, wordt de Koning verder het vrije veld ingejaagd. Dus: 2. .., Kg6; 3. Th6+, Kg5;  Nu ligt de Koning binnen het bereik van pion h2 en na h2 – h4+, raakt de Koning steeds dieper in vijandelijk gebied verzeild.en moet naar g4. Wat je, om je Dameoffer te rechtvaardigen, moet zien is dat je met h2 – h4 niet alleen naar voren lokt, maar ook de terugtocht afsnijdt. Zie je dat, dan is de rest niet moeilijk meer. 4. h4+, Kg4; 5. Pe3+, Kg3; 6. Tf3#

Oplosklassement:
1  Henk                           6 punten
2  Tony                           4 punten
3  Joop                           3 punten
4  en 5 Albert en Robbie          2 punten

6  Joke                           1 punt